Voorjaarsvergadering 2017

Naar een betere opbrengst van de deskundigeninbreng'

  • Vrijdag 16 juni 2017
  • Van: 14:00 tot: 17:30

Als er in een rechterlijke procedure deskundigeninbreng wordt gebruikt (hetzij van een deskundige die is benoemd door de rechter, hetzij van een of meer deskundigen van één of meer partijen), treedt een fundamenteel probleem op: de rechter is eindverantwoordelijke voor de juridische juistheid van zijn beslissing, maar mist de kennis van het expertiseveld dat in die zaak een rol speelt, terwijl de feiten waarop het rechtsoordeel wordt gebaseerd dan in grote mate worden gebaseerd op het deskundigenoordeel. Hoe komen rechter en partijen dan tot hun recht? Hoe kan de procedure bij de deskundige en de inhoud van het deskundigenoordeel zo gestalte worden gegeven dat de rechter daar optimaal gebruik van kan maken om tot een correct oordeel te komen? Hoe kan de deskundige zo worden “voorgesorteerd” dat hij optimaal de vragen beantwoordt waarmee de juridische kwestie kan worden opgelost? Hoe bewaken we de neutraliteit, deskundigheid en zorgvuldigheid van de deskundigenprocedure? Wat kunnen we leren van de Britse rechtscultuur op dit vlak? Als er problemen optreden bij de deskundigeninbreng, hoe kan de rechter die aanpakken? Een confrontatie van alle betrokken deskundigen? Het vragen om een gezamenlijk statement van de deskundigen? Het horen van de deskundigen op de zitting? Dat zijn allemaal vragen die spelen op het vlak van deskundigeninbreng in de rechterlijke procedure. Tijdens de voorjaarsvergadering van de Nederlandse Vereniging voor Procesrecht komen deze vragen aan de orde vanuit verschillende perspectieven.

 

Als inleiders zullen optreden:

  • J.F. Aalders (raadsheer gerechtshof Amsterdam);
  • T. van Nouhuys (solicitor en Legal Director bij Clyde & Co te Londen);
  • mr. J.A.M.A. Sluysmans (advocaat te Den Haag en bijzonder hoogleraar onteigeningsrecht aan de Radboud Universiteit Nijmegen); en
  • drs. D.A. Verburg (seniorrechter inhoudelijk adviseur rechtbank Midden-Nederland en bestuurslid NVvP).

STELLINGEN MR. J.F. AALDERS

  1. Het benoemen van een deskundige door de rechter zou ultimum remedium moeten zijn.
  2. Advocaten moeten hun natuurlijke neiging onderdrukken om bezwaar te maken tegen de deskundige van de wederpartij.
  3. Voor een goed deskundigenbericht is enige basiskennis van het juridisch besluitvormingsproces een pré.

 

STELLINGEN MR. T. VAN NOUHUYS

  1. In commerciële (niet-technische) zaken worden vaak onnodig deskundigen ingeschakeld.
  2. In een adversariële procedure kunnen deskundigen nooit volledig onafhankelijk zijn.
  3. De praktijk van “hot-tubbing”, in 2013 in de Civil Procedure Rules ingevoerd om de nadelen van de adversariële deskundigenprocedure tegen te gaan, vergroot de invloed van de (traditioneel lijdelijke) Engelse rechter op het procesverloop. Dit is positief uit het oogpunt van efficiëntie, maar kan negatief uitpakken voor de rechtvaardigheid van de procedure.

 

STELLINGEN PROF. MR. J.A.M.A. SLUYSMANS

  1. In ons land is sprake van een wildgroei aan deskundigenregisters.
  2. Geen van de bestaande deskundigenregisters bevat voldoende waarborgen voor de kwaliteit van de geregistreerde deskundigen.
  3. Een geregistreerde deskundige zou ten minste eens in de vijf jaar op zijn of haar deskundigheid moeten worden geëxamineerd.

 

STELLINGEN MR. DRS. D.A. VERBURG

  1. In de expertocratie die de elite promoot spelen deskundigen een steeds grotere rol; in het populisme (“alternative facts”) delven deskundigen het onderspit. De deskundige moet zich verantwoorden om overeind te blijven. Hij/Zij moet een verhaal hebben.
  2. De deskundige die is ingehuurd door het bestuursorgaan moet gewoon zijn/haar vak uitoefenen en hij/zij moet dat ook laten zien. Neutraliteit is de basis.
  3. De deskundige moet meer oog hebben voor het proces waarmee de waarheidsvinding gestalte wordt gegeven en moet niet alleen letten op de feiten. We hebben de feiten en we hebben het verhaal over de feiten en dat verhaal is essentieel. Hoe is de deskundige tot dat verhaal gekomen en wie mocht er allemaal meepraten voordat dat deskundigenrapport tot stand kwam?
  4. In de huidige samenleving gaat proces van deskundigeninbreng vóór de “feiten”, want tja, wat zijn die “feiten”?